Ik wil het water naar de zee zijn De zoden aan de dijk Het gevecht tegen de bierkaai Alles wat onhaalbaar lijkt Ik wil de rots zijn in de branding De verbeelding aan de macht Of de stilte die vanzelf spreekt En het daglicht in de nacht Wil een land zijn zonder grenzen Waar de ruimte nog bestaat Ik wil traag zijn als de waarheid Die de leugen achterhaalt Ik wil de moed zijn van de wanhoop En het stilstaan van de tijd Wil een sprong zijn in het duister En de laatste strohalm zijn Ik wil de taal zijn van een dichter Die zichzelf geen dichter noemt Een rivier die naar de bron stroomt De kus die ons verzoent Wil een land zijn zonder grenzen Waar de ruimte nog bestaat Ik wil traag zijn als de waarheid Die de leugen achterhaalt En met de schoonheid van de onmacht Lopen langs een eindeloze weg Met open ogen dromen Weerloos en toch sterk Weerloos en toch sterk Weerloos en toch sterk Ik wil een lied zijn als de wolken Gedragen door de wind Wil de wereld weer leren zien Door de ogen van een kind Ik wil het water naar de zee zijn De zoden aan de dijk Het gevecht tegen de bierkaai Alles wat onhaalbaar lijkt