Zittend bij het raam Ik kijk naar al die mooie mensen Ze gaan uit Ze gaan naar huis Je weet het niet Zo langzaam als het regent De verliefden doet het niets Laat niemand ze vertellen dat het giet Maar degene die alleen gaan Weggedoken in hun jas Zij die gaan omdat ze ergens moeten zijn Ze kleuren beter bij de liedjes die de barvrouw ons draait Rustig, als het zesde glas wijn Er blijft een vrouw staan voor het raam Lijkt of ze wil dat ik iets zeg Het zou hier Brussel moeten heten Was ik eindelijk eens weg Zittend bij het raam Ik kijk naar al die mooie mensen En af en toe keken ze terug Maar vaker niet Binnen gaan de jassen aan De glazen leeg De mensen staan Eenentwintig gulden staan we quitte En ik ga mee met wie alleen gaan Weggedoken in mijn jas Niemand slaapt De eenzame die lacht Ik ga links want ik moet rechts En we gaan nog niet naar huis Ik speel Brusseltje vannacht Er zit een dame voor het raam Lijkt of ze wil dat ik iets zeg Het zou hier Brussel moeten heten Dan was ik eindelijk eens weg