Het is even over vieren En de deur valt in het slot Ze probeerde al te slapen Maar de on-weet hield haar op Ze hoort hem zachtjes vragen Of ze wakker is Maar zij houdt wijs haar mond Ze houdt haar vragen liever veilig binnenin Bang dat het antwoord is dat hij een ander vond Slikt zij haar woorden in Ze loopt de trap af naar beneden Mijn god wat is ze mooi De koude oorlog die zij voert Is voor hem allang ontdooit Hij ziet dat zij haar haren heeft geföhnd En dat ze mooi is opgemaakt Zoals ze dat ook deed in het begin Hij wil van alles zeggen maar het voelt te laat Dus hij slikt zijn woorden in Ze ziet amper door de tranen in haar ogen Als ze naar huis toe rijdt Ze weet dat hij heus wel kan raden waar ze is Wat even warmte leek slaat snel weer om in kilte en in spijt Het waren armen, maar niet de armen die zij mist En hij kan zichzelf wel slaan Voor alle keren dat hij haar heeft laten staan Dat hij haar liefde maar voor lief genomen heeft Hij zijn vrienden en zijn werk altijd maar voor heeft laten gaan Zij was toch wel daar En zij ging nergens heen Het is even over vieren En de deur valt in het slot Hij probeerde wel te slapen Maar al snel gaf hij het op Hij voelt dat zij vanavond ergens anders niet echt bij vriendinnen was Maar zeker wil hij het niet weten Hopend dat haar liefde ooit weer wordt zoals het was Slikt hij zijn woorden in. Y