Daar was lang gelee Een boertje weltevree Lang niet meer zo jong van jaren Luxe niet gewend Een spiegel nooit gekend Ietwat pover in z'n haren Tot ie op een dag Aan het spitten was En dat kleine stukje glas vond En zowaar versteld stond Want hij zag een man En hij keek 'm an Z'n vader, die al jaren dood was Hij wist niet wat ie zag Was totaal van slag En hij stak het in z'n stofjas Aan z'n vrouw Katrien Liet ie 't mooi niet zien Ze zou denken dat ie gek was Een stuk glas... Spiegel, spiegel Hij moest naar de stad Z'n vrouw vermoedde wat Het was op een zaterdag Ergens onder 't bed Ja, daar vond ze het En ze wist niet wat ze zag Ja, ik wist het wel Een and're vrouw in het spel Hij heeft geen hart in z'n lijf En dan ook nog... Met zo'n lelijk... Wijf En dan ook nog... Met zo'n lelijk... Wijf Oh-ho