Op mijn zevende dacht ik vrij regelmatig en veelal Aan de onvermijdelijke hittedood van het heelal Geen maan meer in de wolken, geen zon meer uit het oosten Geen multivitaminesap dat mij genoeg kon troosten Zo'n pad werd in groep vier door klasgenootjes niet bewandeld Met AVI-lezen werd zelden mijn stervensangst behandeld Verstikkend in mijn vragen over alles rond het leven Had ik een brief naar Duckstad met het volgende geschreven: Oom Donald, oom Donald, oom Donald, Hoe leef ik het best Is het wachten op verlies Alles dat me rest Ik kreeg toen geen reactie, maar dat had ik al verwacht Als een stripfiguur heb je daar nooit echt over nagedacht Inkt in je atomen, moleculen van papier Maar als hij het kon ontwijken, dan kon ik het ook wel hier Voor spelling en voor rekenen had ik niet langer tijd Ik wilde een elixer brouwen voor de eeuwigheid Het hiernamaals zou voorgoed tot de geschiedenis behoren Ik was zo overtuigd dat het heelal al had verloren Dus oom Donald, oom Donald, oom Donald Hoort u wat ik zeg Ik hoef niet dood te gaan Ik glip niet weg Dat elixir moest gebrouwen worden, maar ik wist niet hoe Dus ik zocht 't maar op Google want ik moest het ergens doen Er waren geen recepten, maar er waren wel rapporten Van wetenschappers die zich op de dood hadden gestort en Ze schreven dat het niet lukt om een leven te verlengen Of om eeuwig jong te blijven of om iemand terug te brengen Ik moest een beetje huilen, ook al was ik nog maar zeven Beseffend dat er ooit een eind zou komen aan mijn leven Het bestrijden van de hemel is een vergeefse taak Een leven wordt vergeven met of zonder tegenspraak Dus oom Donald, oom Donald, oom Donald Hoort u wat ik zeg Oom Donald, oom Donald, oom Donald Ik wil niet weg