Al werken mensen zich kapot Wanneer de HEER het huis niet bouwt Komt het niet af Al waakt de wachter dag en nacht Wanneer de HEER niet waakt Dan valt de stad Je slooft je uit Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat Je eet je zuurverdiende brood gehaast Gods vrienden krijgen liefde, brood en slaap Je kinderen krijg je van de HEER Ze zijn een rijke erfenis Van God voor jou En wie volwassen zonen heeft Is een gewapend man Wat een geluk Wie zonen heeft Heeft scherpe pijlen op zijn boog Hij weet het antwoord voor zijn vijanden Wanneer hij onderhandelt in de poort Wanneer hij onderhandelt in de poort