Hij komt, hij komt, die lieve goede Sint. Mijn beste vriend, uw beste vriend, de vriend van ieder kind. Mijn hartje klopt, mijn hartje klopt zo blij. Wat brengt hij u, wat brengt hij mij, wat brengt hij u en mij? Wie zoet was, koek. Wie stout was krijgt de roe. Hij komt, hij komt, de lieve goede Sint. Mijn beste vriend, uw beste vriend, de vriend van ieder kind.