Wie is die kleuter Met die speelbal op zijn hoofd Met scheve schaatsen op het ijs Bij sinterklaas op schoot Wie is dat kind dat schooiert Door de stegen van de stad Vijf turven hoog Drie straten slechts van het slechte pad In het spoor van durf en branie Tussen de Bavo en De Hout Wie is die kleuter Driehoog in de binnenstad Maar voorbestemd tot klatergoud Het is de regen Het is de wind Zij jagen voort als kind Wie is die jongen In het midden van de klas Zijn mond en ogen met een lach Alsof het zomer was Wie is die knaap die aarzelt Waar een keuze wordt gevraagd Een liefde lang Door jaloezie wordt opgejaagd Geen spoor van durf en branie Maar wel een hoofd vol geldingsdrang Wie is die jongen Zwijgzaam in zijn villawijk Maar voorbestemd tot minnezang Het is de regen Het is de wind Zij jagen voort als kind Wie is die kerel Met die rozen in zijn hand Met zijn schaduw voor hem Op de witte wand Wie is die man die ronddoolt En de terugweg niet meer vindt In stad en land Dus wacht totdat de muziek begint Voldoende durf en branie Maar wel met steeds meer zachte dwang Wie is die kerel Tijdloos, weet van geen slotakkoord Dodenmars of zwanenzang Het is de jongen Het is het kind De stille regen De wilde wind