Soms als het huis te klein wordt dan krijgt ie het te kwaad Dan gaat ie maar gewoon een blokje om Maar meestal na een half uur dan staat ie ongemerkt Op de plek waar de fabriek stond waar ie vroeger heeft gewerkt Dan kijkt ie door het hek naar het braakliggende terrein Zo zonder de gebouwen lijkt het allemaal zo klein En dan denkt ie al die jaren, waarvoor heb je het gedaan Er groeit onkruid op de werkvloer waar ie vroeger heeft gestaan En zijn kinderen zeggen altijd "pa neem er nou eens afstand van" Maar ze kunnen niet begrijpen dat hij niet accepteren kan Dat het allemaal voor niks was, alles weg, kappot en plat Goed je was wel niet belangrijk, maar je betekende toch wat Soms hoort hij bij het hek de fabrieksgeluiden weer Zijn maten, de machines, echos van weleer En dan trekt ie in gedachten zijn overal weer aan En gaat er midden op de dag weer in de nachtploeg tegenaan Maar altijd na een tijdje ziet hij zichzelf daar staan Een man van in de vijftig met een regenjassie aan Die doelloos staat te dromen, door niemand opgemerkt Op de plek waar de fabriek stond waar ie vroeger heeft gewerkt En zijn kinderen zeggen altijd "pa neem er nou eens afstand van" Maar ze kunnen niet begrijpen dat hij niet accepteren kan Dat het allemaal voor niks was, alles weg, kappot en plat Goed je was wel niet belangrijk, maar je betekende toch wat