Elke dag valt iets te vieren, in het groot of in het klein Slacht de schapen, fok de stieren, schenk de wijn en breng ons bieren Mazzelpikken die we zijn Elke dag valt iets te vieren, in het klein of in het groot Oostenwind raast door de kieren, blaast de deur uit z'n scharnieren Legt de fundamenten bloot Laat je geen minuut vermierenneuken, stop elk dom gekloot Elke dag valt iets te vieren, van de regen in de sloot Elke dag valt iets te vieren, bij de vleet of bij de vloot Met alle officieren die niet kunnen passagieren Zet ze op water en droog brood Elke dag vergt nieuwe spieren, aan de lier en op de boot Elke dag valt iets te vieren, op het leven en de dood Want het gaat ons allemaal een keer gebeuren Nee, ze maken mij niks wijs Kom me niet met een toegift leuren Voor na het einde van de reis Wie nu leeft, moet straks niet zeuren God, bewaar me voor geen prijs Draai de slijpsteen, scherp de zeis Elke dag valt iets te vieren, in het groot en in het klein Hoe de tijden ook kunnen tieren en de mensen kunnen klieren Wees je ware, dump de schijn Laat toneelspelers maar schmieren met hun ingebeelde pijn Elke dag valt iets te vieren, op de goot of op het plein Elke dag in hart en nieren, of het schip in of de trein Elke dag valt iets te vieren in dit even dat we d'r zijn Het gaat ons allemaal een keer gebeuren Nee, ze maken mij niks wijs Kom me niet met een toegift leuren Voor na het einde van de reis Wie nu suft, moet straks niet zeuren God, bewaar me voor geen prijs Draai de slijpsteen, scherp de zeis Scherp de zeis Draai de slijpsteen Scherp de zeis